Wiki90: stijlencyclopedie uit de jaren 90 op internet
In het artikel van vandaag zullen we de opwindende wereld van Vegetatieopname verkennen. Vanaf de oorsprong tot de impact ervan op de hedendaagse samenleving, zullen we ons verdiepen in alle aspecten die verband houden met dit onderwerp om het ware belang ervan te begrijpen. Langs deze lijnen zullen we ontdekken hoe Vegetatieopname in de loop van de tijd is geëvolueerd, hoe het verschillende vakgebieden heeft beïnvloed en hoe het onze manier van denken en handelen blijft vormgeven. Met behulp van een multidisciplinaire aanpak zullen we de vele facetten van Vegetatieopname analyseren om een alomvattend beeld te bieden van de relevantie ervan in de hedendaagse samenleving. Maak je klaar om jezelf onder te dompelen in een fascinerende reis door Vegetatieopname!
Een vegetatieopname (ook wel relevé, opname of steekproefname) is de onderzoekseenheid binnen de vegetatiekunde.
De vegetatieopname is een registratie van een steekproef van een plantengemeenschap. Per plantensoort wordt daarbij vastgelegd de bedekking, talrijkheid (abundantie), frequentie, vitaliteit, fertiliteit en/of de fenologische toestand in een bepaalde proefvlak en van de ruimtelijke vegetatiestructuur.
Daarnaast wordt per proefvlak de administratieve gegevens vastgelegd, zoals de namen van de waarnemer(s), de datum en de plaats van de opname, de afmetingen van het steekproef-oppervlak, de helling en de hellingsrichting (inclinatie en expositie) en andere kenmerken van het substraat (zoals de bodemtype, grondwaterstand), de hoogte en bedekking van de vegetatielagen en de beheerstoestand (bijvoorbeeld betreden, gemaaid, beweid).
Een opname kan volgens een aantal methoden worden gemaakt. Bij herhaalde vegetatieopname op bepaalde vaste plaatsen (met het doel veranderingen in de loop van de tijd te kunnen onderzoeken) spreekt men van permanente kwadraten of pq's.
Bij een vast afgezet traject worden de aanwezige plantensoorten worden benoemd en onder andere de abundanties geschat. Met deze werkwijze kunnen gemeenschapsgradiënten en ecologische gradiënten worden onderzocht.
Ook is het mogelijk een proefvlak te kiezen, dat weer wordt onderverdeeld in deelvlakjes. Per deelvakje wordt de aanwezigheid van de soorten vastgesteld, zodat het mogelijk wordt de frequentie van de soorten te bepalen.
Er zijn verschillende methoden om vegetatieopnamen te maken, zoals de Braun-Blanquet-methode die is opgesteld door Josias Braun-Blanquet en sinds 1927 (in meer of minder aangepaste vorm) wordt gebruikt.
De gegevens van de vegetatieopnamen worden verzameld in een vegetatietabel, een matrix waar de kolommen de opnamen vertegenwoordigen, en de rijen de plantensoorten. Deze tabellen worden gebruikt voor verdere (multivariate) analyse, zoals classificatie en ordinatie.